Hulsman & Roestenburg

  • Home
  • Over ons
    • Hulsman & Roestenburg
    • Persoonlijk contact
    • Vacatures
    • Links
    • Leveringsvoorwaarden
    • Privacyverklaring
  • Diensten
    • Administratief
    • Fiscaal
    • Salarisadministratie
    • Advies en ondersteuning
    • Automatisering
  • Nieuws
  • Contact

Vastgoed in Box 3

Home
/
nieuws
/
Vastgoed in Box 3
Posted on 06/12/2022 by Hulsman & Roestenburg

In 2023 wordt aangesloten bij de werkelijke vermogensmix. Op alle beleggingen, ook vastgoed, is het forfaitaire rendementspercentage (6,17%) voor overige bezittingen van toepassing. Voor veel verhuurd vastgoed betekent dat een forse belastingverhoging. Onlangs zijn Kamervragen beantwoord over de Overbruggingswet Box 3.

Het kabinet bevestigt dat belastingplichtigen met vastgoedbeleggingen door de nieuwe berekeningswijze in veel gevallen zwaarder belast worden. Het kabinet acht dit proportioneel en rechtvaardig. Vastgoedbeleggers hebben in het verleden juist geprofiteerd van de lage heffing in Box 3, daarom gaat hun belastingdruk nu omhoog. Het wetsvoorstel sluit beter aan bij het werkelijke rendement, mede doordat geen sprake meer is van een fictieve vermogensverdeling.

De actualisering van de leegwaarderatiotabel – waarmee de waarde in verhuurde staat wordt afgeleid van de WOZ-waarde – leidt ook tot een lastenverzwaring, maar sluit wel beter aan bij de werkelijkheid. Hiervoor is namelijk gebruik gemaakt van de meest actuele gegevens over de waarde in het economische verkeer van verhuurde woningen. Het kabinet acht dit daarom ook proportioneel en rechtvaardig.

Er is een wettelijke regeling voor de maximering van pachtvergoedingen op 2%. Het forfaitaire rendementepercentage wordt ook hiervoor 6,17%. Voor Box 3 gaat het namelijk niet alleen om het directe rendement, in dit geval het pachtpercentage van 2% (van de vrije verkeerswaarde), maar ook de waardeontwikkeling (het indirecte rendement) van de verpachte landbouwgrond. Verder wordt voor de waardering van pachtgronden (pachtnormen) in box 3 rekening gehouden met verschillende waardedrukkende factoren. De normen hiervoor worden jaarlijks door de Belastingdienst opnieuw vastgesteld en gepubliceerd. Zo wordt volgens het kabinet ook voor landbouwgronden met het forfait voor overige bezittingen in Box 3 voldoende recht gedaan aan een benadering van de werkelijkheid.

In de overbruggingsperiode is geen sprake van een heffing op basis van het werkelijk behaalde rendement. Het werkelijke rendement van een individuele belastingplichtige kan in een belastingjaar hoger of lager zijn dan het forfaitair bepaalde rendement, maar het is uitvoeringstechnisch niet mogelijk om op korte termijn of met terugwerkende kracht al het werkelijke rendement te belasten.

Er komt ook geen tegenbewijsregeling. Het is het uitdrukkelijke streven van het kabinet om over te stappen op een stelsel dat meer aansluit bij werkelijk rendement. Dat vergt van zowel de Belastingdienst als diens ketenpartners een zeer uitvoerig en ingrijpend implementatietraject. Een tegenbewijsregeling invoeren met de Overbruggingswet Box 3 zou een heffing op basis van het werkelijke rendement inhouden voor belastingplichtigen die hiervan gebruik willen maken. Hiervoor ontbreken nu duidelijke kaders voor het meenemen van niet alleen het directe rendement maar ook het indirecte rendement en de hiervan aftrekbare kosten. De introductie van een tegenbewijsregeling vergt dan ook te veel van de Belastingdienst en van burgers. Ook beschikt de Belastingdienst niet over voldoende contra-informatie om een en ander te kunnen controleren. Op dit moment een tegenbewijsregeling invoeren wordt daarom niet mogelijk geacht.

Let op: Met name vanwege forse lastenverzwaringen voor burgers met overige bezittingen (niet-spaargeld) verwachten we dat de stroom van bezwaren tegen het Box 3-stelsel met deze overbruggingswet de komende jaren eerder zal toe- dan afnemen.

Posted in
UBO-register tijdelijk op slot
Kerstpakketten in de werkkostenregeling

Related Posts

  • Bijtelling wegens niet sluitende rittenadministratie

    Bijtelling wegens niet sluitende rittenadministratie

    Belastingdienst en rechtbank vinden ook de gecorrigeerde rittenadministratie onbetrouwbaar. Wat zegt de rechter in hoger beroep?

    lees verder
  • Aanzegging einde contract in contract zelf

    Aanzegging einde contract in contract zelf

    Hoe toetst de rechter een aanzegging einde contract in het tijdelijke contract zelf? Moet de werkgever er verweer op voeren?

    lees verder
  • Inbreng VOF in bestaande BV

    Inbreng VOF in bestaande BV

    Verzoek om inbreng in BV zonder fiscale afrekening wordt afgewezen, ook al is er volgens de Belastingdienst geen fiscaal claimverlies.

    lees verder
  • Tien minuten eerder aanwezig betaalde werktijd

    Tien minuten eerder aanwezig: betaalde werktijd?

    Als de medewerker elke dag tien minuten eerder aanwezig moet zijn om zijn systemen op te starten, is dat dan betaalde werktijd?

    lees verder

Laatste nieuws

  • Bijtelling wegens niet sluitende rittenadministratie 30/05/2023
  • Aanzegging einde contract in contract zelf 25/05/2023
  • Inbreng VOF in bestaande BV 23/05/2023
  • Tien minuten eerder aanwezig: betaalde werktijd? 19/05/2023
  • Managementovereenkomst: arbeid of opdracht? 16/05/2023
  • Wettelijk minimumloon per 1 juli 2023 11/05/2023
  • Verfijningen in box 3 09/05/2023
  • Vrijstellingen bedrijfsopvolging 05/05/2023
  • Vergoeding verhuiskosten vrijgesteld 02/05/2023
  • Werknemer mag laadpaal thuis houden 27/04/2023
Rijksstraatweg 109
3632 AB
Loenen a/d Vecht
Bel ons:
0294-233907
Mail ons:
info@hulsman.nl
© 2016 Hulsman & Roestenburg -- privacyverklaring -- website by IT2day websolutions